Welstand: Kloosterdorp Steyl (beschermd dorpsgezicht)

Als uitgangspunt voor iedere welstandsbeoordeling gelden de redelijke eisen van welstand.

Welstandsniveau: bijzonder

Het welstandbeleid is gericht op behoud van de karakteristieken en cultuurhistorische waarden van het beschermde dorpsgezicht.

Gebiedskarakteristiek

Kloostercomplexen en Jochumhof: Volledig ommuurd zogenaamd Slotklooster in de rand van de uiterwaarden van de Maas in neogotische stijl. Vrijstaand blokvormig hoofdgebouw met kapel in drie bouwlagen met kappen: baksteenarchitectuur in rode baksteen met typerende detaillering. Overige bebouwing hieraan ondergeschikt eveneens in baksteen met kappen. Op het terrein een fraaie siertuin met belangrijke oudere boomgroepen. Verder boomgaard en andere nuts- en moestuinen. Bij het klooster behoort een begraafplaats aan de overzijde van de Kloosterstraat (via een ondergrondse tunnel verbonden met het slotklooster). Het complex ligt dominant in het open uiterwaardengebied van de Maas. De Kloosterstaat ter hoogte van het Slotklooster heeft een smalle rijbaan in asfalt met aan weerszijden goten en een deels verharde deels onverharde berm met een aaneengesloten laanbeplanting van Linde.

Het kloostercomplex van de Missiezusters ten noorden van de Zusterstraat stamt uit het begin van de twintigste eeuw en het hoofdgebouw is net als alle andere kloostergebouwen in rode baksteen opgetrokken. Alleen de kapel toont in de vorm van de ramen de kenmerken van de gotiek. Voor het overige is de gevelopbouw rationeel van opzet met staande gevelopeningen en houten kozijnen in een lichte tint. Het hoofdgebouw is afgedekt met hoge kappen en bestaat uit verschillende vleugels die meerdere binnenhoven omsluiten. Het zeer omvangrijke terrein ligt vooral achter het hoofdgebouw en omvat siertuinen, nutstuinen en bospercelen. Het terrein ligt op een sterk oplopend terrein met een uitgesproken reliëf dat echter niet overal zichtbaar is naar de omsluitende openbare wegen. Dit komt omdat het kloosterterrein grotendeels wordt omringd door woonbebouwing en een manshoge kloostermuur. Het hoofdgebouw aan de Zusterstraat heeft een groot voorterrein met siertuin dat van de openbare weg gescheiden is door lage muren met sierhekwerk. De Zusterstraat is een smalle weg met een rijlint in asfalt. De bermen zijn onverhard en zonder laanbeplanting. Het gedeelte van de Zusterstraat in de richting van de Kloosterstraat, heeft het karakter van een holle weg en wordt aan twee zijden ingesloten door de hoger gelegen kloosterterreinen.

Het kloostercomplex (St. Michaëlklooster) ten noorden van de Parkstraat bestaat uit een hoofdgebouw in drie bouwlagen met kap op de hoek Parkstraat met de Michaelstraat. Achter dit gebouw, dat opgetrokken is in rode baksteen, ligt direct aansluitend een groot bedrijfsgebouw (voormalige drukkerij) met een ketelhuis met hoge schoorsteen. Buiten dit grotere gebouwencluster staan op het terrein nog wat kleinere dienstgebouwen waaronder de kloosterhoeve en de voormalige timmerwerkplaats aan de Kloosterstraat. Het gehele terrein wordt, buiten dit grote hoekgebouw, aan de zijde van de openbare weg omsloten door manshoge muren, hoge hagen en hoog oplopend terrein met bos. Binnen deze besloten wereld ligt een omvangrijk bos en parkgebied met verschillende thematische tuinen met een religieus karakter en een grote ommuurde begraafplaats. Aan de zijde van de Parkstraat is een deel van het oorspronkelijke bosgebied ooit vervangen door een groot voetbalveld voor de recreatie van de bewoners. Het sterk oplopende terrein wordt aan de noordoostzijde gemarkeerd door de eigen watertoren van het klooster.

De Parkstraat heeft een smal straatprofiel met voor een deel Linde langs het rijlint dat uitgevoerd is in asfalt. Het kloosterterrein ten zuiden van de Parkstraat heeft met name aan de kant van het Veerplein de grootste bebouwingsconcentratie. Het betreft een conglomeraat van verschillende gebouwen waarbij ook een oorspronkelijk monumentaal woonhuis uit de periode van voor de stichting van de kloosters. Bebouwing is gesitueerd vrijwel direct tegen de verharde straatruimte, soms is er sprake van een ondiepe voortuinstrook met een lage tuinmuur. Gebouwen in twee en drie bouwlagen met verschillende kapvormen, gevels in rode baksteen, staande ramen met houten kozijnen. Het oudere pand heeft natuurstenen omlijsting van deuren en ramen en een mansardedak. Elders op het terrein en langs de Parkstraat bebouwing in één bouwlaag met kap. Het gehele terrein is ommuurd waarbij het muurwerk aan de zijde van de Michaelstraat laag is en voorzien van ijzeren sierhekwerk. Het binnengebied biedt zicht op wat is overgebleven van de sier- en nutstuinen. Met name de breviertuin is nog gaaf bewaard met verschillende grotten, heiligenbeelden en kapellen. Langs de Parkstraat bevindt zich nog een tot garages omgebouwde overdekte breviergang. Op het binnenterrein enkele fraaie solitairen en boomgroepen waaronder een laan van Linde.

Het hoofdgebouw van het St. Michaëlsklooster met de dubbele kerk en de overige monumentale gebouwen aan de Maas. Gebouwen in drie en vier bouwlagen met kappen en vierkante torens op de hoeken. Bakstenen gevels in een combinatie van neogotiek en laat negentiende eeuwse industriële bouwtrant. Het terrein is buiten de monumentale gebouwen geheel ommuurd, ook aan de zijde van de Maas. Aan de zijde van de rivier een fraaie rij Linde en in de zijtuinen boomgroepen en enkele solitairen. Specifiek is situering van de monumentale gebouwen op de hoge oevers van de rivier. Aan de kant van de Michaelstraat grenst de bebouwing vrijwel direct aan de verharde straatruimte. Slechts een ondiepe voortuinstrook met een lage tuinmuur scheidt de gebouwen van de straat.

De Jochumhof is in de huidige omvang kleiner dan deze oorspronkelijk is opgezet. Een deel van de botanische tuin is, binnen de gehandhaafde ommuring, benut voor de bouw van een zevental vrijstaande woonhuizen (Sequoiahof). De tuin is vanaf de openbare weg niet zichtbaar door de manshoge muren en hagen rond het terrein. Midden op het terrein staan enkele eenvoudige dienstgebouwen in een bouwlaag met een kap en aan de kant van de rivier staat een houten paviljoen aan de bovenzijde van de gemetselde keermuur.

Park Waterloo is een voormalig Kloosterterrein dat einde negentiende eeuw is gesticht op grondgebied van een vroeg negentiende eeuws landgoed. Het terrein wordt begrensd door de Waterloostraat, de Aalsbeek, de rivier de Maas en de Maashoek. Het terrein ligt hoog ten opzichte van de Maas en heeft eveneens een sterk hoogteverschil met de Aalsbeek. Op het terrein zijn resten van de oorspronkelijke begroeiing van het domein met name op de hellingen naar de Maas en de Aalsbeek. Van het voormalige kloosterpark zijn delen gehandhaafd met name aan de voorzijde van het vroeg negentiende eeuwse hoofdgebouw in Empirestijl. Naast het hoofdgebouw staat de voormalige kloosterkerk in neogotische stijl. Het complex is in de jaren negentig als woongebied ontwikkeld met een besloten en semi-openbaar karakter. Het planconcept integreert de twee rijksmonumenten (hoofdgebouw en de kerk) en enkele kleinere authentieke gebouwen in een samenhangend woongebied. Het woongebied ligt enigszins verborgen achter de boomgroepen op het terrein en de manshoge hagen en muren die het terrein begrenzen aan de zijde van de Maashoek en de Waterloostraat. Opgemerkt wordt dat de nieuwe muur aan de zijde van de Waterloostraat feitelijk te laag is en deels zicht biedt op bergingen gelegen in de achtertuinen van woonhuizen op het terrein. Naar het dorp toe is het woongebied alleen zichtbaar aan de zijde van de Waterloostraat waar het open hekwerk en de poort zicht bieden op het witte hoofdgebouw. Vanaf de rivier gezien zijn de appartementengebouwen zichtbaar enigszins verborgen achter de boomgroepen op de helling van het natuurlijk talud van het Maasdal. De architectuur van de toegevoegde woonbebouwing, die bestaat uit grondgebonden woningen in twee bouwlagen met kap en appartementen in maximaal vijf bouwlagen, kan worden omschreven als een interpretatie van de traditionele dertiger jaren architectuur uit de twintigste eeuw in rode baksteen en donkergrijze dakpannen voor de kappen. De gevelopeningen zijn verticaal met witte houten kozijnen. De aanleg van de gezamenlijke woonomgeving is in een interpretatie van de landschapsstijl met smalle vloeiend verlopende rijwegen en glooiende grasvelden met boomgroepen. Parkeren geschiedt op eigen kavel of in parkeerkelders onder de appartementengebouwen. Kwaliteiten: Het recent gerealiseerde project is in de onderlinge samenhang een sterk samenhangend stedenbouwkundig concept. De historische panden, de gestapelde appartementengebouwen, de woonhuizen en de tuinaanleg vormen één beeld en zijn aan te merken als kwaliteit. Punten waar de kwaliteit verbeterd kan worden zijn de nieuwe muur langs de Waterloostraat en de niet karakteristiek hagen van laurier langs het voetpad aan de zijde van de Maashoek. De genoemde muur dient te worden verhoogd en de laurierhaag vervangen door een beukhaag of taxushaag.

Waterloostraat, Maasstraat, Arnoldus Janssenstraat: De drie straten hebben een aantal aspecten gemeenschappelijk waarbij met name in het oog vallen het smalle geheel verharde straatprofiel en de traditioneel gebouwde woonhuizen in één en twee bouwlagen met kap. De panden dateren uit het einde van de negentiende eeuw, uit het begin van de twintigste eeuw en uit de tweede helft van de twintigste en het begin van de eenentwintigste eeuw. Metselwerk is in vrijwel alle gevallen het materiaal voor de gevels: meestal in een rode baksteen maar soms ook geverfd metselwerk in een lichte tint of in een enkel geval stucwerkgevels in een lichte tint. De woonhuizen hebben soms een voortuin met lage hagen of een lage tuinmuur en staan soms, als het wat oudere panden betreft, direct aan de straatruimte. Ondanks de vaak wisselende bouwperioden zorgt de traditionele bouwtrant en de relatieve beslotenheid van de straatruimte voor een grote eenheid in het straatbeeld. De Waterloostraat onderscheidt zich door de aanwezigheid van het woongebied Park Waterloo. Ter hoogte van het park Waterloo zijn de bermen langs het rijlint onverhard en is de laanbeplanting van linde ononderbroken. Elders in de Waterloostraat is sprake van kleinere groepen linde langs het rijlint in een verharde berm. Gemiddeld genomen zijn de huiskavels langs de Waterloostraat wat breder en de voortuinen wat dieper dan langs de andere twee straten.

De Maasstraat valt op door het ontbreken van een begeleidende laanbeplanting. Dat de straat toch nog een groene aanblik biedt komt door de groenaanleg tegenover de St. Rochuskerk. Bijzonder is de straatwand aan de zuidoostzijde. De woonhuizen staan hier direct aan de straatruimte en de achtertuinen liggen in een sterk oplopende helling richting Rozenstraat. Karakteristiek is de lage goothoogte en het ontbreken van aangrenzende huiskavels aan de achterzijde. De beperkte hoogte van de woningen en de mooie haag op de grens met de Rozenstraat zorgt ervoor dat vanuit de hoger gelegen Rozenstraat een fraai zicht is op de bossen van de grote kloosterterreinen richting Maas. De Arnoldus Janssenstraat heeft een smal straatprofiel met verharde bermen en ook hier is de bebouwing traditioneel van karakter. Geheel eigen is hier de fraaie min of meer aaneengesloten laanbeplanting van linde. Gemiddeld is hier de straatwand meer aaneengesloten van karakter en staat de bebouwing ook dichter op de straatruimte dan in de andere twee straten.

Kwaliteiten: kwaliteit van de genoemde woonstraten wordt gevormd door de bestaande afwisseling van panden met een vrijwel gesloten lintbebouwing met een traditioneel gevelbeeld uit verschillende bouwperioden in een en twee bouwlagen met kap. Naast de afwisseling in het aantal bouwlagen is er de bestaande afwisseling in de rooilijn. Deze bestaande rooilijnen zijn ook onderdeel van de kwaliteit van het deelgebied. Aan de oostzijde van de Maasstraat is de bestaande lage goothoogte niet alleen onderdeel van de kwaliteit van het bestaande straatprofiel. Hier is de bestaande hoogte van de woningen onderdeel van de intrinsieke ruimtelijke kwaliteit van een ruimer gebied dat zich uitstrekt tot de Rozenstraat en de St. Rochuskerk. De kwaliteit van het openbare gebied is de bestaande opbouw van het dwarsprofiel met een smal rijlint met aan weerszijden een goot. De bestrating bestaat uit elementenverharding in keramisch materiaal of asfalt. Hiernaast een geheel of gedeeltelijk verharde berm afhankelijk van de aard en het gebruik van de aanliggende percelen. In de bermen is sprake van de aanplant van linde als straatboom.

De Maashoek betreft enerzijds een smal en volledig verhard woonstraatje met woonhuizen in een bouwlaag met een traditionele bouwstijl en alle voorzien van een kap. Anderzijds is er een fraai groen plein met linde en een kunstwerk grenzend aan de Maas. Het pleintje wordt aan een kant begrensd door dezelfde woningen die aan het voornoemde smalle woonstraatje staan en aan de andere kant door hoge groene hagen behorend bij de Jochumhof. Aan de kant van het pleintje zijn de woningen door het hoogteverschil in twee bouwlagen met kap. De traditionele architectuur onderscheidt zich met name aan de zijde van de rivier door het witgeschilderde metselwerk van de gevels. Tot de Maashoek behoort ook een smal en verhard woonpad dat aansluiting geeft op de Waterloostraat. Aan dit woonpad ligt een aantal vrijstaande woningen in een bouwlaag met kap op ruime kavels. Hier is eveneens sprake van een in hoofdlijnen traditioneel architectuurbeeld met gemetselde gevels in verschillende tinten baksteen. Ook geverfde gevels en stucwerk in een lichte tint komen voor. Kwaliteiten: de kwaliteit bestaat uit de bestaande afwisseling in rooilijnen en goot en nokhoogten. Ook het bestaande grotendeels traditionele gevelbeeld is onderdeel van de kwaliteit. De straatruimte is smal en geheel verhard en een aantal panden staat direct aan de straatruimte. Een aantal panden grenst zowel aan de smalle woonstraat als aan het plantsoen langs de Maas. Het groene en onverharde karakter van het plantsoen aan de Maas (Linde) en de groene kwaliteit van de noordelijke straatwand van het plantsoen is onderdeel van de kernkwaliteit.

Woonbebouwing Kloosterstaat: traditionele woningbouw met gemetselde gevels en voorzien van een kap uit verschillende perioden in de twintigste en eenentwintigste eeuw. Soms dicht aan het smalle en verharde straatprofiel van de Kloosterstraat, soms met een voortuin met haag of lage tuinmuur. Ondanks de grote verscheidenheid (kleuren metselwerk en verschillende dakhellingen) toch een relatief samenhangend en levendig straatbeeld tegen de groene achtergrond van het hoger gelegen kloosterterrein achter de huizen. Kwaliteiten: de kwaliteit van dit min of meer aaneengesloten bebouwingslint bestaat uit de bestaande afwisseling in de rooilijn, de goot- en nokhoogte van de woningen. Onderdeel van de kwaliteit is tevens de traditionele bouwtrant van de panden welke in verschillende perioden zijn gerealiseerd. De straatruimte bestaat uit een smal rijlint met aan weerszijden een goot en grotendeels verharde bermen.

Plein Veerweg: Kleinschalige panden in een bouwlaag met kap in een traditionele bouwtrant bepalen terzijde van de imponerende kloostergebouwen het straatbeeld van het plein aan de Veerweg. De straatruimte is geheel verhard en in de bestrating staan groepen laanbomen waaronder kastanje, beuk en linde. Dit wijkt af van de beplanting in het openbare gebied zoals die elders in het plangebied wordt aangetroffen (linde). Karakteristiek zijn ook de verharde taluds van de hoger gelegen huiskavels en het klooster waar de Veerweg naar beneden gaat richting Veer. Kwaliteiten: de kwaliteit bestaat uit het bestaande beeld met kleinschalige panden in een bouwlaag met een kap. De panden met een traditionele architectuur uit verschillende bouwperioden staan dicht aan de openbare weg. Ten aanzien van het openbare gebied is er sprake van een bijzondere ruimte waarvan het verharde oppervlak is uitgevoerd in een elementenverharding in keramisch materiaal en in natuursteen. Bij vervangen van de bestaande boombeplanting kastanje en beuk vervangen door de karakteristieke linde.

Villa’s Sint Michaelstraat: Grote panden op eveneens zeer grote kavels bepalen het overheersend groene straatbeeld. Hoge groene hagen of tuinmuren met metalen sierhekken vormen de erfscheiding met de openbare weg. Twee opvallend hoge en monumentale panden zijn gerealiseerd rond de eeuwwisseling (negentiende naar twintigste eeuw) in baksteenarchitectuur met natuurstenen of op natuursteen gelijkende details (stucwerk). Verder een fraai vrijstaand woonhuis in gele baksteen met hoge kappen uit de dertiger jaren van de twintigste eeuw en een villa in een bouwlaag met kap uit de tachtiger jaren. Hoe verschillend van aanzien ook: alle panden kunnen worden gebracht onder de gemeenschappelijke noemer van "traditionele woonhuisarchitectuur met gemetselde gevels en voorzien van een kap. Gevels met overwegend staande gevelopeningen en houten of op hout gelijkende kozijnen". Kwaliteiten: Het bestaande beeld met grote woonhuizen op ruime kavels bepaalt de kwaliteit van het deelgebied. Deze kwaliteit biedt geen ruimte voor een verdere verdichting van de bebouwing. De aanbouw van een van de panden dient aan het zicht te worden onttrokken door de aanplant van een manshoge groene erfscheiding op de grens met het openbare gebied. De openbare weg is smal en verhard met deels verharde en deels onverharde bermen. In het straatbeeld net als elders als straatboom de linde.

Sint Rochuskerk en directe omgeving: Monumentale kerk in de typische baksteenarchitectuur uit de periode van net voor de Tweede Wereldoorlog. Monumentaal, ook door de ligging op een hoger gelegen plek "boven" de Maasstraat. Tegenover de kerk een open groene aanleg met zicht vanuit de Rozenstraat op de boomgroepen van de kloosterterreinen. Hieraan grenzend een fraaie straatwand van aaneengesloten stadshuizen in twee bouwlagen met kap zonder voortuinen direct gelegen aan de openbare straat. Architectuur met baksteen gevels en typisch jaren dertig details waar onder uitkragende dakgoten, glas in lood in de raampartijen. Kwaliteiten: Het bestaande beeld is de kwaliteit van het gebied met het kerkgebouw en de karakteristieke aaneengesloten stadswoningen in twee bouwlagen met kap zonder voortuin. Er is tevens een sterke samenhang met de ruimtelijke opbouw van de lager gelegen Maasstraat.

Sequoiahof: Kleine doodlopende woonhof uit de tachtiger jaren die gerealiseerd is binnen de nog bestaande muren van een vroeger grotere Jochumhof. Zeven Vrijstaande woonhuizen in één of bijna twee bouwlagen met kap op relatief kleine kavels die of aan de Jochumhof grenzen of met de achtertuin grenzen aan de Maas. Alle woningen passen in de omschrijving "traditionele woonhuisarchitectuur". Een aantal woningen is gerealiseerd in hout maar ook deze woonhuizen passen in het voornoemde beeld met kappen en staande gevelopeningen. De woonhof is geheel verhard en ontleent de naam en de sfeer aan een gigantische Sequoia als overblijver van de voormalige plantentuin van het klooster. Kwaliteiten: de kwaliteit van het gebied bestaat uit de traditionele architectuur in een bouwlaag met kap en de bestaande en te handhaven oorspronkelijke omheining van gemetselde (keer)muren langs de Maaskade en de Jochumhof.

Maasdal: Het dal van de regenrivier de Maas met aan de zijde van Steyl het typerende hoogteverschil van het natuurlijke reliëf precies ter hoogte van het Veer. Aan de overzijde en verderop in noordelijke en zuidelijke richting als contrast de groene uiterwaarden. Aan de kant van Steyl de gemetseld taluds voor het Kloosterterrein en de woonhuizen bij de Jochumhof. Bij de Maashoek de gerealiseerde betonnen kunstwerken in het kader van de aanleg van de hoogwatervoorzieningen. Het beschermde dorpsgezicht van Steyl met het natuurlijke reliëf, de hoge kloostergebouwen naast de kleinschalige woonhuizen, de groepen linde langs de hooggelegen waterkant en de meer natuurlijke begroeiing van de hellingbossen vormen met het Veer dit unieke punt in het Maasdal. Kwaliteiten: kwaliteiten hebben betrekking op het bestaande aanzien van het maasdal ter hoogte van het Veer over de Maas. Het betreft de bijzondere combinatie van het aanwezige reliëf van de bodem, de historische en monumentale gebouwen, kloostergebouwen, beplanting en verhardingen. Een en ander is vastgelegd in de aanwijzing tot beschermd dorpsgezicht van dit deel van het kloosterdorp Steyl.

Aalsbeek: Fraaie diep gelegen beek met begroeide hellingen in de rand van het Park Waterloo. Het beekdal vormt hier de grens van de voormalige gemeente Tegelen. Kwaliteiten: de kwaliteit betreft de bijzondere samenhang van bodemreliëf beplanting en natuurwaarden.

Beeldkwaliteitskader bebouwing en openbare ruimte: Ten aanzien van de beeldkwaliteit van de panden in de betreffende straten geldt dat alle aanwezige panden kunnen worden gebracht onder de gemeenschappelijke noemer van traditionele architectuur met gemetselde gevels, staande gevelopeningen en daken met keramische pannen. Incidenteel kan een stucgevel of geverfde gemetselde gevel in lichte tint worden toegepast. Ten aanzien van detaillering is er een sterke voorkeur voor houten kozijnen, eenvoudige detaillering van goten (geen grote dakoverstekken) en eenvoudige kapvormen zonder wolfseind. Dit beeldkwaliteitskader is van toepassing bij groot onderhoud van bestaande panden of bij het vervangen van bestaande bebouwing door nieuwbouw. In het incidentele geval dat er sprake is van nieuwbouw in een bestaand lint geldt eveneens dit beeldkwaliteitskader. Het openbare gebied bestaat uit een smal rijlint in keramisch materiaal of asfalt met aan weerszijden een goot. Buiten dit basisprofiel is de berm verhard of onverhard met als karakteristieke laanbeplanting de linde. Het Veerplein heeft een eigen bestratingsbeeld met delen van de bestrating in natuursteen. De aanplant van linde in het openbare gebied heeft altijd de voorkeur boven andere boomsoorten als kastanje, plataan etc. De economische kracht ligt van Steyl ligt in de bijzondere samenhang (het ensemble) van de verschillende trekkers die allemaal een religieuze achtergrond hebben.